Enkele weken geleden zat ik te mijmeren over het al dan niet dragen van een kruisje aan een ketting. Ik heb in heel mijn leven heel weinig sieraden gedragen. Ik vind ze lastig en een extra zorg. Het dragen van een religieus symbool (of eender welk ander) vond ik al helemaal uit den boze.
Beelden verwerpen leek me altijd de beste manier om waarheid te definiëren. Probleem was dat de constante afbraak van beelden best wat energie opslorpt. Je bent er algauw non stop mee bezig. En bovendien: Wie zegt dat het verwerpen van beelden uiteindelijk de waarheid oplevert? Dat is ook maar een geloof toch?
Zoals ik al eerder schreef ben ik nu de andere richting ingeslagen. Ik wil niet langer proberen elk symbool uit mijn leven te bannen. We dragen in zekere zin allemaal een symbool van ons geloof. We zijn een levende uitdrukking van ons geloof.
Zonder beelden die ons inspireren is er enkel een verlangende leegte. Welk symbool we in ons cultiveren om die leegte dan te vullen is dan de vraag?
In de figuur en leer van Christus heb ik het meest inspirerende en krachtige beeld ontdekt dat ik kon vinden. Ik heb besloten zijn boodschap centraal te zetten als leidraad voor mijn eigen leven.
En het kruis is het symbool bij uitstek dat naar hem verwijst.
Maar welk kruisje zou ik dan kiezen? Ik vond het wat vreemd om daarvoor zomaar naar een winkel te gaan. Mijn ego verzette zich ietwat. Is een kruisje niet te oubollig? Voor saaie mensen?
Uiteindelijk sloot ik heel de mijmering af met de gedachte dat indien ik een kruisje zou dragen dit kruisje mij dan zelf zou moeten vinden. Zo kon ik het nog even uitstellen. Dat God zelf wel een kruisje op mijn pad zou leggen.
Recentelijk zat mijn familie samen voor Pasen en toen werd door mijn mama een doosje op tafel gezet met juwelen van mijn grootmoeder die verdeeld werden en jawel hoor. Er zat 1 kruisje in de doos. Mijn grootmoeder heeft naar mijn weten nooit zelf een kruisje gedragen. Ik was verrast het te zien. Ik had meteen een vreemd gevoel. VLAM. Hier is het al. Ik hield het in mijn hand en keek ernaar. Hoe kon ik dit nu nog in twijfel trekken? Dit was toch het antwoord op mijn vraag? Het overviel me wat omdat het zo snel op mijn pad kwam. Eigenlijk had ik de keuze van het kruisje wat doorgeschoven naar God omdat ik ergens nog geen definitieve keuze wilde maken over dit thema. Maar nu kon ik niet ontkennen dat ik er wel degelijk zelf om gevraagd had.
Het kruis was niet wat ik voor ogen had. Het is namelijk wat groter dan ik zou willen. Maar is mijn wil nu nog wel van toepassing? Ik had er toch naar gevraagd en had de keuze aan God overgelaten. Als ik nu weiger wat zeg ik dan? Is het niet al een klein mirakel dat dit kruisje opduikt enkele weken nadat ik erover had zitten nadenken?
Geloven is een wisselwerking waarbij je uitstraalt en ontvangt. Het lijkt me verkeerd iets te vragen en op het moment waarop het zich aandient dan te weigeren. Geloven moet een element van overgave hebben. In geloof staan betekent uiteindelijk ook momenten ontdekken waarop iets nieuws op je pad gelegd wordt en dan uit je eigen oude zelf komen om dit te aanvaarden, zelf als het wat vreemd aanvoelt.
Vanaf heden draag ik dan ook een kruisje.
En eigenlijk vind ik het best wel mooi. Het is perfect.
Het is het kruisje dat hij voor mij gekozen heeft en ik zal het met eerbied dragen.
Wil je verder op de hoogte blijven schrijf je dan hier in.
댓글