top of page

Mijn ontmoeting deel 2 15/02/2024

Foto van schrijver: Nicolai LaperreNicolai Laperre

Een harde landing!


Na mijn ontmoeting deel 1 ben ik de dag zelf terug huiswaarts gekeerd. In de namiddag ging ik mee wandelen met mijn gezin en vertelde daarna uitvoerig mijn verhaal aan mijn vrouw. Alles leek prima maar dat zou niet lang duren. Tijdens de nacht in diepe slaap verzonken schrok ik in alle hevigheid wakker. De schokgolf van de bol waar ik in het eerste deel over schreef had me totaal onverwacht in mijn slaap verrast. De ervaring leek verder te gaan in mijn gewone leven. Mijn lichaam reageerde met extreme stress en angst. Mijn hart sloeg supersnel en mijn ademhaling ging omhoog. Ik voelde een acute dreiging alsof de draaikolk die me eerder helemaal had opgeslokt vlakbij was en me weer probeerde mee te trekken. Ik kon onmogelijk rustig blijven. Om mijn vrouw niet wakker te maken ging ik naar beneden. Ik dacht dat ik me beter kon ontspannen in de woonkamer. Voor even werd ik weer rustig en besloot ik me in de zetel te leggen. Het was maar een droom toch? Zodra ik mijn ogen sloot en weg droomde knalde de schokgolf me weer wakker samen met de draaikolk. Opnieuw sloeg mijn lichaam tilt. Ik wist niet wat me overkwam.


In die eerste dagen gebeurde dit op ieder moment van rust dat ik probeerde te vinden. Slapen lukte niet meer want mentaal vreesde ik wat me te wachten stond. Ik raakte al snel uitgeput en het werd steeds moeilijker om me mentaal te focussen. Ik werd bang want ik voelde geen enkele zekerheid. Ik moest terug aarden, maar hoe kon ik dat doen midden in mijn gezin terwijl ik emotioneel steeds onzekerder werd. Ik was bang dat ik mezelf beschadigd had door mijn ervaring en dat dit mijn nieuwe normaal zou zijn. Een gezinsleven was niet mogelijk onder die omstandigheden, laat staan gaan werken.


Er doemden allerlei scenario's op in mijn fantasie waarbij ik alles zou verliezen wat me lief was als dit niet zou eindigen. Ik had heel intense dagdromen waarin ik alles moest achterlaten en mezelf verliezen in de wereld zodat mijn kinderen en familie niet zouden belast worden door mijn situatie. Ik had een terugkerend visioen dat ergens in de toekomst een moment zou komen waar ik niet meer in staat zou zijn de draaikolk tegen te houden en dat dit zou gebeuren omringd door een groep mensen. Een licht van binnenuit zou uitbarsten naar de andere aanwezigen die op hun beurt net hetzelfde zouden beleven. Als een lopend licht dat alomvattend iedereen beroerde en uiteindelijk de volledige realiteit zou oplossen in een enkele ervaring van versmelting in hetzelfde bewustzijn. Al deze rare beelden overweldigden mij bijna maar ik had instinctief het gevoel dat ik er niet mocht op ingaan. Het leek alsof mijn fantasie gemengd met angst zo sterk werd dat ze de realiteit zelf kon beïnvloeden. Ik kreeg angst voor de angst. Onze denkende geest is in staat beelden te scheppen die zo echt zijn dat ze ons kunnen overnemen. Je leeft dan in een zelfgeschapen idee, een tunnel die je meetrekt en zo echt is dat hij heel je leven bepaalt. Tot op heden bekijk ik de wereld rondom mij en vraag ik me af hoeveel mensen heel hun leven gevangen zitten in beelden? Zou dit zijn wat Christus aan het kruis zei: God vergeef het hen want ze weten niet wat ze doen. Hij was het toonbeeld van zuiver en onschuldig en toch werd hij door de mensen veroordeeld in hun absolute zekerheid dat zij rechtschapen waren en hij niet. Hoever gaan mensen om hun beeld of hun tunnel te beschermen?


Mijn hart bleef maar snel kloppen. Ik kon niet slapen. Ik had geen appetijt. Mijn spieren waren rusteloos, moesten constant bewegen en ik had een koortsachtig gevoel terwijl ik geen koorts had. Ik begon op internet opzoeking te doen naar wat er mogelijk medisch met me aan de hand was. Er waren 2 scenario's: Enerzijds een soort overdosis die mijn zenuwen helemaal in de knoop had gelegd anderzijds een vorm van post traumatische stoornis (PTSD). Blijkt immers dat je PTSD niet enkel kan oplopen door een trauma maar ook door een hevige extase. De afdruk van een gebeurtenis is dan zo groot dat je lichaam door dagdagelijkse prikkels snel terug in de originele ervaring belandt. Ontspannen is dan niet meer mogelijk en je raakt in een cirkel gevangen van prikkels, slapeloosheid, emotionele chaos, hyper waakzaamheid, problemen met je omgeving, enz.


Uiteraard had ik ook een andere verklaring voor ogen. Had ik via mijn ervaring een deur opengezet naar een wereld die normaal niet toegankelijk is voor ons? Een wereld van een ongekende intensiteit, nauwelijks draagbaar als gewoon mens. Voor het eerst begon ik het normale leven als een zegen te zien. Niet langer een saai iets om van te ontsnappen naar hogere sferen of waarheden maar een uiterst waardevolle plek waar ik mocht bestaan midden in een zee van chaos. Alsof de schepping zelf ons beschermt tegen de intensiteit van die andere sferen. De wereld als plekje in de schaduw die ons beschermt tegen een verschroeiend licht. Ik heb toen voor het eerst gebeden tot God vanuit een oprechte nederigheid en kwetsbaarheid. Vanuit een besef dat ik te maken had met iets dat me in alle opzichten oversteeg. Ik voelde me een veertje in een storm. Ik smeekte om terug te kunnen naar het stabiele rustige bestaan van mijn leven en mijn gezin. Ik hoopte zo hard dat dit nog mocht zijn. Ik vroeg me af hoeveel mensen in dit soort ervaring belanden. Waarbij zij in hun zoeken naar verlossing zo ver gaan dat ze uiteindelijk alles kapot maken wat hun heilig is om dan tot het het besef te komen dat ze nooit meer terug kunnen naar wat ze hadden. Het lijkt me de definitie van een persoonlijke hel te zijn.


Tijdens het bidden dacht ik na over wat God dan van me zou willen in het normale bestaan. Er is toen een zin in me opgekomen die tot vandaag is blijven hangen. “Het is mijn wil dat je voor je schepping zorgt.” En mijn schepping is dat wat er al is, wat ik geschapen heb in dit leven. Mijn gezin, mijn kinderen, mijn familie, mijn vrienden, mijn omgeving. Ik hoefde het maar op te pikken, mijn kruis te dragen. Dat ik er verantwoordelijkheid voor nam en stopte met dromen van de volgende high of hoger inzicht en daarmee in zekere zin ook steeds bevestigde dat het gewone normaal niet voldoende was. Hiervoor wilde ik wel vechten, zelf al was het misschien te laat. Ik hoopte dat ik nog een kans had.


Ik kon dit niet lang meer volhouden maar naar de dokter gaan was uit den boze voor mij. Als die heel mijn verhaal zou horen zou hij met zekerheid doorverwijzen naar het ziekenhuis (wegens druggebruik) of psychiatrie waar ik elk zeggenschap over mezelf zou kwijtspelen. De gedachte dat mijn vrouw en kinderen me daar zouden bezoeken was ondragelijk voor me. Dan zou ik liever een eind maken aan mezelf of verdwijnen in de wereld. Ik durfde al deze gedachten met niemand delen.

Mijn vrouw was een grote steun voor me in die dagen. Ze had weinig medeleven met me en stuurde er van het begin op aan dat ik me moest focussen en vechten. Ik had nood aan normale gezonde structuur en dat bood ze me in overvloed. Ze vertelde me later dat ze in die dagen heeft gebeden voor me en dat ze het heel lastig had. Ik ben haar dankbaar dat ze is blijven geloven en besef ook dat ze hiermee een fundamentele peiler was waar ik terug op kon bouwen.

Wie in dergelijke situatie te maken krijgt met een vijandige of angstige omgeving die hem verstoot is zo goed als verloren. Ik ontdekte nadien dat er in de wereld kloosters bestaan die mensen in een spirituele crisis opvangen en structuur geven zodat ze in veiligheid weer tot zichzelf kunnen komen. In die zin was mijn ervaring zeker niet uniek. Maar het zet me wel aan het denken: Waarom wordt in onze maatschappij en cultuur geen ruimte gemaakt voor de gevolgen van een spirituele crisis in een menselijk bestaan? Waarom doen we alsof ze niet bestaan? Alsof alles maar meetbare wetenschap is en niet meer dan dat. Ik zal alvast getuigen dat er intensiteiten zijn waar menig wetenschapper zijn verstand zou bij verliezen. Andere culturen zijn er vol van. Hoeveel mensen belanden op straat of geïnterneerd omdat ze in een kettingreactie met hun omgeving belanden na een ervaring? Aan hoeveel van hen wordt na hun ervaring wanneer ze op hun kwetsbaarst zijn verteld dat ze een “probleem” hebben en dat ze moeten behandeld om terug normaal te worden? Dat ze beschadigd zijn? De krachten die ons omringen kunnen soms doordringen en ons volledig ontwrichten. Een stabiele plek zonder oordeel om te aarden is dan zo belangrijk. Is het enige antwoord dat wij als cultuur hebben psychiatrie en meer drugs?


Er kwam een moment waar ik letterlijk klaar stond om toch naar het ziekenhuis te gaan. Ik keek in de spiegel en er ontpopte zich een spontane glimlach. Ik herkende de vechtlust in me en besloot mijn angst in de ogen te kijken met deze uitdagende lach. Ik wou mijn gezin niet kwijt. Zij waren voor me de motivatie om door te gaan. Enerzijds had ik het gevoel dat ik er wou zijn voor hen. Dat het mijn taak was als vader en man om op te staan voor hen. Anderzijds had ik het gevoel dat ik zonder hen verloren was en zou verdrinken. Ze waren zowel mijn missie als mijn reddingsboei. Was dit de essentie van een roeping? Is onze roeping zowel een missie als een redding? Zijn de ware helden geen helden, maar gewone mensen die doen wat ze doen omdat dat het enige is dat hen ziel kan redden?


Op internet had ik ondertussen een forum gevonden waar mensen die mijn ervaring kenden samen kwamen om te delen. Ik liet de hele groep weten hoe het met me gesteld was en dat ik aan het einde van mijn krachten zat. Ik hoopte dat iemand zou reageren en me verder helpen. Een uur later had ik al tientallen reacties van mensen die door hetzelfde gegaan waren. Net als ik hadden ze dit dagen soms wekenlang meegemaakt. Ze vertelden me om niet op te geven en gaven me tal van tips om te aarden. Sporten, dansen, blootsvoets buiten wandelen, bomen knuffelen, bidden, negatieve mensen vermijden, etc... Het deed me zoveel deugd te weten dat ik niet alleen was en dat zij er ook waren doorgegaan. Dat er hoop was. En dus transformeerden mijn bijna slapeloze nachten zich tot het ontdekken van al deze elementen. In mijn eentje aan het dansen en trainen midden in de nacht maar dan steeds met 1 doel voor ogen. Focussen, vechten voor mezelf en mijn gezin. De deur naar de andere kant weer sluiten.


Ik verplichtte me terug te werken maar dan voorzichtig en niet te lang om mezelf niet te vermoeien. Ik had een eigen zaak die moest draaien en een gezin dat een inkomen nodig had. Nog steeds had ik het gevoel dat ik een angst in me droeg voor de draaikolk en dat ik me niet volledig durfde te ontspannen. Maar er groeide een zekerheid in me dat ik die angst zou overwinnen en ongeveer 1 week na mijn ontmoeting ben ik in de namiddag - toen ik zeker was dat niemand thuis zou zijn - naar bed geweest. Toen ik op bed lag heb ik mijn ogen gesloten en uitgesproken: Ik ben er klaar voor. Laat maar komen. Mocht de draaikolk toen verschenen zijn zou ik niet langer vechten maar erin meegaan. Ik wist dat de weerstand en de angst die ik ervoor had een deel van het probleem waren. En dat ik uiteindelijk toch niet oneindig kon vluchten. Ik gaf me over maar niet aan de angst. In plaats van de draaikolk voelde ik een golf van rust en een intense warmte die heel mijn lichaam omhulden. Het was voorbij. Een zaligheid die ik niet snel zal vergeten. Ik wist dat alle heftigheid achter de rug was. Dankbaar. Eindelijk mocht ik rusten, slapen en genieten van een nieuw leven dat zich in een heel nieuw perspectief zou ontwikkelen.


Wil je op de hoogte blijven van verdere publicaties schrijf je dan hier in.



Foto Henry & Co Pexels

34 weergaven1 opmerking

Recente blogposts

Alles weergeven

1 Comment


Philippe Laperre
Philippe Laperre
Feb 16, 2024

Onze samenleving is daar inderdaad niet op afgestemd. Maar goed, 2024 geleden ook niet eigenlijk. Het zijn menselijke ervaringen in ontmoeting of openbaring met 'de oneindigheid'. God vergeef het hen want ze weten niet wat ze doen, zei Jezus dan. Maar ondanks dat alles kunnen we in het kleine altijd blijven werken en ook hoop koesteren dat het op een dag ruimer zal worden. Er wordt gezegd onder de 'spirituele wakkeren' dat nu een speciale tijd is en dat het komt. Het kan - ik weet niets zeker - enkel bekijk ik de dingen graag in een breder tijdsperspectief en dan moet ik zeggen dat die 'speciale tijd' eveneens een verhaal is van alle tijden. Dus meen ik eerder te…

Like
bottom of page